DEN HAAG - Vaccin-ontwikkelaar Janssen heeft Nederland, net als andere Europese landen, verzocht om de geleverde Janssen-vaccins nog niet in te zetten. Dit laat het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) aan het eind van de woensdagmiddag weten.
Op dit moment loopt in de Verenigde Staten, waar het Janssen-vaccin al langer wordt gebruikt, een onderzoek naar meldingen van ongewone bloedstollingen, in combinatie met een verlaagd aantal bloedplaatjes. In Europa is nog niet met het Janssen-vaccin gevaccineerd. Ook het Europees Medicijnagentschap (EMA) bestudeert de meldingen uit de VS. Naar aanleiding van het verzoek van Janssen houdt minister De Jonge (VWS) het besluit over de inzet van het Janssen-vaccin aan, totdat meer bekend is over het onderzoek van het EMA.
"Bij de inzet van vaccins staat de veiligheid van vaccins altijd voorop. Daarom wacht het kabinet het onderzoek van het EMA af. De resultaten van dat onderzoek worden volgende week verwacht", aldus VWS.
Het verzoek van Janssen om de inzet van de geleverde vaccins tijdelijk op te schorten heeft consequenties voor de mensen die gevaccineerd zouden worden met Janssen. Dat zijn medewerkers en cliënten in de GGZ, en ziekenhuismedewerkers met direct patiëntcontact en jonger dan 60 jaar. Zodra meer bekend is over hoe Nederland zal omgaan met het Janssen-vaccin, krijgen deze mensen ook meer duidelijkheid over hun vaccinatie.
Nederland had ongeveer 80.000 doses van het Janssen-vaccin geleverd gekregen. Die blijven voorlopig in de opslaglocatie.