SCHIEDAM - De Nationale Bijentelling is vandaag begonnen. Dit weekend proberen onderzoekers erachter te komen waar de verschillende bijensoorten, hommels en zweefvliegen in Nederland voorkomen en of de aantallen toe- of afnemen.
In Nederland komen ruim 360 bijensoorten voor en ruim de helft daarvan is bedreigd. Dit is een probleem omdat 80% van de eetbare gewassen en 90% van de wilde planten door bijen en andere insecten bestoven worden, zo laat men op de site van de Nationale Bijentelling weten.
Op deze site kun je een telformulier en een bijengidsje vinden, waarmee je mee kunt tellen, zelfs als je nog weinig of geen kennis van bijen hebt. Zo leert het gidsje je onder meer dat bijen en hommels lange antennes hebben en zweefvliegen juist hele korte. Ook is er een groot verschil tussen waar de ogen zich op de kop bevinden. Je kunt ook naar het aantal vleugels kijken, bijen hebben vier vleugels en zweefvliegen maar twee.
Hoe meer tellers er meedoen, hoe beter dit is voor de wilde bijen in Nederland. Door mee te tellen word je je namelijk bewuster van het belang van de wilde bijen.
Hoe tel je bijen?
Tel op 15 of 16 april een half uur de bijen, hommels, wespen en zweefvliegen in jouw tuin. Loop rustig door je tuin heen en noteer de soorten en aantallen die je ziet op het telformulier. Twijfel je nog, dan kun je het hokje onbekend aankruisen bij hommel, bij of zweefvlieg. Ten slotte kun je je aantallen tot en met maandag 17 april 20.00 uur op de landelijke site invoeren.
Vorig jaar deden ruim 3.700 mensen mee aan de telling en werden er ondanks het koude voorjaar ruim 75.000 bijen en zweefvliegen geteld.
Foto: bij (15 april 2023), zweefvlieg (14 april 2023), akkerhommel (15 april 2023), foto's door Louise Melchers